Voorlopig zal de fiscus geen aanslagen opleggen voor aangiftes met inkomsten uit sparen en beleggen in box 3. Dat schrijft staatssecretaris Marnix van Rij in een brief aan de Tweede Kamer. Het is een ingrijpend besluit dat als direct gevolg van de uitspraak van de Hoge Raad is genomen. De Raad oordeelde dat de huidige box 3-heffing in strijd is met het Europees recht.
De nieuwe staatssecretaris kondigt ook aan dat hij de heffing sneller wil aanpassen en niet pas in 2025 zoals eerder de bedoeling was. Aangezien de uitspraak nog niet in de lopende processen en ICT-systemen van de Belastingdienst is verwerkt, kunnen op dit moment nog geen aanslagen opgelegd worden conform de uitspraak van de Hoge Raad.
Er worden voorlopig dan ook geen belastingaanslagen en beschikkingen opgelegd in alle gevallen waarin sprake is van inkomen uit box 3 of wanneer de de box 3-situaties in het proces van de Belastingdienst niet apart geidentificeerd kunnen worden. Wel gelden er twee uitzonderingen. Bij een dreiging van verjaring zoals aanslagen uit 2017 en 2018. Evenals gevallen waarin het van belang is voor de belastingplichtige dat de aanslag wordt vastgesteld. Zoals voorlopige aanslagen, verliesrekening en middelingsverzoeken.
De huidige vermogensrendementsheffing op basis van fictieve rendementen is in strijd met het eigendomsrecht en het discriminatieverbod. Dat geldt in ieder geval voor de jaren 2017 en 2018. Alle spaarders die bewaar maakten tegen de fictieve rendementen moeten het te veel betaalde geld terugkrijgen. Het gaat om ongeveer 60.000 mensen. De staatssecretaris gaat ervan uit dat ook alle bezwaarmakers in de jaren daarna uiteindelijk recht hebben op teruggave. Of dat ook het geval is voor mensen die geen bezwaar maakten is nog niet duidelijk.